In Schuurtjesvolk roept Huib de Vries het dorpsbestaan van weleer tot leven. Hij doet dat vanuit zijn jeugdherinneringen aan Kinderdijk (bij Alblasserdam), waar hij opgroeide binnen een groot gezin dat was aangesloten bij een schuurkerk. In één generatie veranderde de wereld in een dorp. Tegelijk verdween het dorp als besloten gemeenschap, die zichzelf in alle opzichten kon bedruipen.
Ook voor hen die tot een van de gevestigde kerken binnen de gereformeerde gezindte behoren, zal veel herkenbaar zijn.