Als de schrijver Elie Wiesel op zijn tweeëntachtigste met spoed een hartoperatie moet ondergaan - er wordt gevreesd voor zijn leven - wordt hij voor een tweede keer geconfronteerd met zijn eigen sterfelijkheid. Als jonge jongen overleefde hij de Holocaust nadat hij op zijn vijftiende werd gedeporteerd naar Auschwitz. dat verleden is nooit ver weg. De ziekenhuisopname leidt tot herinneringen aan familieleden die tijdens de oorlogsjaren zijn weggevoerd en niet meer terugkwamen, en tot reflecties die verder strekken dan eenvoudige autobiografische gebeurtenissen. Heeft hij in zijn boeken en in zijn publieke optredens genoeg gedaan om de oorlogsslachtoffers te blijven herinneren? En dan zijn zoektocht naar God: waar heeft die toe geleid? Is er nog hoop voor de mens?
Vol liefde en wijsheid schrijft Wiesel in Open hart over zijn kinderen en kleinkinderen en getuigt hij van zijn hoop, zijn vertrouwen en zijn liefde voor het leven en de mensheid. Een zeer inspirerend boek, dat aanzet tot overpeinzing van het eigen leven.
Dit artikel is niet meer leverbaar. Neem contact op voor meer informatie of alternatieven.