Op achtjarige leeftijd hoorde Maarten 't Hart 'Wohl mir, dass ich Jesum habe' uit cantate 147 van Johann Sebastian Bach in de fameuze pianobewerking van Myra Hess.
Zoiets moois had hij nooit eerder gehoord. Bach is zijn oudste, diepste, grootste liefde, meer nog zelfs dan Mozart. Dat heeft ook te maken met het gegeven dat hij zich dagelijks aan de piano laaft aan de springlevende geest van dit onsterfelijke genie.
In het boek Johann Sebastian Bach behandelt hij verschillende biografische onduidelijkheden in het leven van Bach, probeert hij te laten zien dat Bach rond 1730 in een crisis terechtkwam ten gevolge van zijn huiselijke omstandigheden, geeft hij zijn visie op de cantates, de concerten, het Wohltemperierte Klavier, de andere klaviermuziek, de Matthäuspassion, de kamermuziek, en op de uitgebreide literatuur over het fenomeen Bach.
Maarten 't Hart publiceerde meer dan veertig boeken bij de Arbeiderspers. Zijn meest recente titels zijn Magdalena (2015), De moeder van Ikabod (2016) en De wereld van Maarten 't Hart (2017)